Duurzaam beleggen in België: “Nattigheid in de lucht”
Forum Ethibel heeft zijn jaarlijks rapport over duurzaam sparen en beleggen in ons land klaar. Dat levert altijd heel interessant leesvoer op. Het volledige rapport vind je hier.
De ERSIS studie maakt een stand van zaken op, ditmaal voor 2023. In zijn voorwoord begint directeur Kenny Frederickx met een verwijzing naar de vele negatieve nieuwsberichten en de soms luide kritiek op duurzaam beleggen. “In deze ERSIS studie zijn de wolken niet zo duister, maar er valt wel wat nattigheid uit de lucht”, klinkt het.
Verder geeft de publicatie tekst en uitleg bij een aantal van de voornaamste trends en evolutie in dit domein. We pikken er voor dit artikel drie opvallende uit die de nattigheid uit de titel verklaren. Wie er meer wil over weten, kunnen we de lectuur van de ERSIS-studie warm aanbevelen.
1) Duurzaam sparen boert nog achteruit
Een opvallend cijfer jaar na jaar is dat voor duurzaam sparen in België. Dat is nog verder gedaald van 0,76 naar 0,70 procent van alle spaargeld. Je leest het goed, minder dan 1 procent van alle spaargeld in ons land staat op een duurzame spaarrekening. Heel concreet gaat het om amper 2,4 miljard euro op een totale berg aan spaartegoeden van 342 miljard euro.
Het belangrijkste knelpunt lijkt het aanbod. Maar twee kleinere banken, VDK en Triodos, bieden duurzame spaarrekeningen aan, wat betekent dat er een duidelijk beleid is over wat er wel en niet met je geld gebeurt. Die spaarrekeningen hebben ook het Towards Sustainability-label.
2) Duurzaam beleggen verliest wat marktaandeel
Er is meer geld duurzaam belegd in België. Het vermogen in duurzame beleggingsproducten dikte verder aan tot 144,5 miljard euro, 6 procent meer dan het jaar voordien.
Toch verloor duurzaam beleggen terrein. Forum Ethibel meet dit aan de hand van de Maatschappelijk Verantwoord Investeren (MVI)-marktindex. Dat percentage drukt de berg geld in duurzame beleggingsproducten uit in verhouding tot de totale fondsenmarkt. Daar valt een daling op van de MVI markt-index van 56 naar 53 procent.
Wat vertelt dit nu? Heel simpel, de niet-duurzame fondsen zijn in 2023 sneller gegroeid dan de duurzame fondsen. “Onze index lijkt te bevestigen dat we een voorlopig plateau bereiken na een sterke groei in het afgelopen decennium”, besluit het rapport.
3) Minder donkergroene fondsen
Nog een opvallende beweging is de daling met bijna een derde van het geld in Artikel 9-fondsen van 16,6 naar 11,4 miljard euro. Dit etiket is ingevoerd door de SFDR, Europese regels rond transparantie. In theorie gaan deze Artikel 9-fondsen het verst op het vlak van duurzaamheid, omdat ze duidelijk duurzaamheidsdoelen nastreven. Voor een belegger geven ze dus het meeste zicht op wat er met je geld gebeurd.
De indeling in Artikel 8 en Artikel 9-fondsen mag niet gezien worden als labels, maar in de praktijk gaan de categorieën hier toch voor door. Ze worden namelijk gezien als respectievelijk eerder lichtgroen en donkergroen. De donkergroene fondsen maken nu nog maar 8 procent van de markt uit, in 2022 was dat nog 12 procent.
Over waarom fondsen “van kleur veranderen” schreven we eerder deze blog. Heel kort heeft het vooral te maken met de inspanningen die een fondsbeheerder moet leveren om tot de donkergroene categorie te behoren. Het glas halfleeg wil de daling in Artikel 9 zeggen dat beheerders niet bereid zijn extra inspanningen te leveren voor een donkergroen etiket. Halfvol is het goed dat er duidelijkheid is en dat er strikt wordt toegezien op de wildgroei aan duurzaamheidsclaims.